.
This chapter introduces the QGIS processing framework, a geoprocessing environment that can be used to call native and third-party algorithms from QGIS, making your spatial analysis tasks more productive and easy to accomplish.
In de volgende gedeelten zullen we bekijken hoe de grafische elementen van dit framework gebruikt kunnen worden en het meeste uit elk van hen te halen.
There are four basic elements in the framework GUI, which are used to run algorithms for different purposes. Choosing one tool or another will depend on the kind of analysis that is to be performed and the particular characteristics of each user and project. All of them (except for the batch processing interface, which is called from the toolbox, as we will see) can be accessed from the Processing menu item. (You will see more than four entries. The remaining ones are not used to execute algorithms and will be explained later in this chapter.)
De Toolbox. Het hoofdelement van de GUI, het wordt gebruikt om één enkel algoritme uit te voeren of een batch-proces gebaseerd op dat algoritme.
Figure Processing 1:
Grafische modellen bouwen. Verscheidene algoritmen kunnen grafisch worden gecombineerd met behulp van Grafische modellen bouwen om een werkstroom te definiëren, één enkel proces maken dat verschillende subprocessen omvat.
Figure Processing 2:
Het Beheren van historie. Alle uitgevoerde acties met behulp van een van de hiervoor genoemde elementen worden opgeslagen in een bestand voor historie en kunnen later eenvoudig worden gereproduceerd met behulp van Beheren van historie.
Figure Processing 3:
De interface voor batch-processing. Deze interface stelt u in staat batch-processen uit te voeren en het uitvoeren van één enkel algortime om meerdere gegevenssets te automatiseren.
Figure Processing 4:
In de volgende gedeelten zullen we tot in detail elk van deze elementen nader bekijken.